dinsdag 30 november 2010

Hoe en wie vertel ik wat wanneer?


Paardrijmaatjes
Degenen die rekening moeten houden met mijn afwezigheid in de aankomende maanden en tegelijkertijd wellicht het meeste inlevingsvermogen hebben zijn mijn paardrijmaatjes en –instructrice. Ze zijn allemaal 'straight' maar helemaal okee. Omdat het paardrijden een belangrijke aanleiding is en ik door de operatie zeker twee maanden niet in  mijn carrousselteam zal kunnen rijden zijn zij de eersten die ik het vertel. Ik moet me er wel even toe zetten. Ik neem de instructrice Tina en mijn beste maatje, Sjoukje, apart om hen in te lichten. De reacties zijn als volgt:’ik wist niet dat je er zoveel last van had’, ‘welke maat heb je dan?’, ‘goed en heftig dat je dat doet’, ‘we zoeken uiteraard een goede vervanger voor je’.

Een andere teamgenote die al veel eerder een borstverkleiningsoperatie heeft laten uitvoeren stel ik wat vragen. ‘Het was de eerste nacht heel pijnlijk. Zorg dat je de eerste weken goede hulp hebt.’ Ze had twee kleine kinderen, en als je niet mag tillen dan zijn kleine kinderen heel lastig. Maar ze zegt ook: ‘Ik ben heel blij dat ik het gedaan heb.’
Teamgenote Rosette is direct nieuwsgierig en heeft in de gaten dat ik iets speciaals besprak. Ik neem haar apart en licht haar in. ‘Wauw, goed zeg. Ik zit eerder te denken aan een borstvergroting.’

Ik merk dat ik het gemakkelijker vind om vrouwen te informeren die zelf geen grote borsten hebben. Lesbisch of hetero maakt wat dat betreft niet uit. Vrouwen met grote borsten vinden misschien dat ik overdrijf of zien het indirect als kritiek op hun eigen lichaam. Maar dit zit vooral in mijn hoofd: ik denk dat jij denkt....

Ik heb enkele vriendinnen met kleine borsten die erg eco zijn en alles puur natuur. Deze voorheen al slanke vrouwen zijn recent 10-15 kilo afgevallen en daardoor hebben ze nog kleinere borsten gekregen. Ik vermoed cup 70 A in plaats van 75 B. Ik denk dat zij mijn besluit tot operatieve borstverkleining afkeuren en afvallen zouden propageren. Maar die optie zit er niet in. De plastisch chirurg meldde mij dat ik met mijn BMI van 21 geen vet heb in mijn borsten en dat afvallen dan ook geen optie is voor mij. Ik kan wellicht wel iets borstweefsel verliezen door extreem af te vallen, maar dan wordt ik een vogelverschrikker of een rammelend skelet.

Familie
De drempel om de buitenwereld te informeren over mijn besluit voel ik duidelijk. Dus ik bouw het op. De volgende te informeren persoon is mijn broer en zwager (zijn echtgenoot). Ze zijn beiden van het type sportschool-homo en ik verwacht dat ze zich wel in kunnen leven in mijn wens. Mijn broer is arts, heeft zelf nogal wat ziekenhuiservaring, en hij heeft zelf kleine plastische-chirurgische, cosmetische ingrepen laten doen. Hij is een betrokken, lieve broer. Hij is enigszins verbaasd en zegt dat het best een ingrijpende en zware operatie is. Verder meldt hij dat in Nederland meer vrouwen een borstverkleiningsoperatie ondergaan dan een borstvergroting.
Ik informeer hem een maand voor de operatie en als ik een paar weken later griep heb en niet op een verjaardag verschijn, vraagt hij direct door bij Petra of ik misschien al geopereerd ben.

Werk-collega's
Eerst vertel ik het de secretaresse van de afdeling. Ze is een integer persoon en dan komt het ook zeker goed bij mijn baas terecht.
Ik neem de drie meest directe collega’s apart om hen in te lichten, een man en twee vrouwen.Vrouwen zijn beide type jonge, slanke, aantrekkelijke, vrouwen met kleine borsten  Ze reageren positief, begripvol en een beetje bezorgd. Eén van hen reageert dat het haar wel een hele ingreep lijkt omdat je borsten wel een wezenlijk deel van je lichaam zijn. Ik reageer dat ze ook niet verdwijnen. De andere collega reageert dat ze zelf wel borstvergroting overwogen heeft maar het niet doet. Zo zie je maar, wat ik perfect vind is voor een ander niet altijd zo is.

Mijn ouders
Mijn moeder bel ik een paar dagen voord e operatie. Dat gesprek is misschien wel het lastigst. Ma heeft zelf grote borsten, altijd gehad bij mijn weten. Ook heeft ze al heel lang veel rugpijn. Ik vermoed dat ze snijden in een gezond lichaam niet echt goedkeurt en mijn borsten niet erg groot vindt. Ze reageert verbaasd en bezorgd, maar niet afkeurend.

Overige
Verder zijn er een aantal vriendinnen die ik pas na de operatie inlicht. Als je mensen niet zo heel vaak ziet, valt het hen misschien niet eens op. Eén vriendin informeer ik vlak na de operatie via skype. Ze is redelijk verbolgen over het feit dat ik het pas achteraf meedeel. Terecht denk ik nu. Als ik beken dat ik een borstverkleining had is haar eerste reactie: 'You did not!', en daarna: 'You have no breasts'. Ze zegt dat ik vriendinnen moet informeren zodat ze mij kunnen ondersteunen. Helemaal waar, maar ik ben haar 'not-so-talkative-friend from The Netherlands', of ook wel: een oester.

In het ziekenhuis komt er een medepatiënt op de dag van de opname, vrouw van ongeveer 45 jaar, verpleegkundige en purser voor KLM. Zij laat haar pink rechtzetten die gebroken is geweest maar in een ander ziekenhuis niet goed gezet. Ik vertel haar waar ik voor kom want ik zie er natuurlijk niet erg gewond uit. Ze vertelt dat ze na de zwangerschappen grotere borsten heeft (cup-C/D) en dat ze best wakker zou willen worden met cup B, maar er geen operatie voor over heeft. Ze toont lichte bewondering voor mijn stap. Dat vind ik leuk om te horen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten